Aangepast wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting naar Tweede Kamer

Bouwplaats

Bouwplaats Foto: CNS

  • Minister Mona Keijzer heeft het aangepaste wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting naar de Tweede Kamer gestuurd.
  • Het wetsvoorstel stelt dat twee derde van de nieuwbouw betaalbaar moet zijn, met een minimum van 30% sociale huur per regio.
  • Procedures voor woningbouw worden versneld door onder andere het schrappen van de ‘Ladder voor duurzame verstedelijking’.

Minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) heeft het wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting naar de Tweede Kamer gestuurd.

Dit voorstel geeft overheden meer mogelijkheden om te sturen op het aantal, de locatie en de doelgroep van nieuwbouwwoningen. Het doel is om meer betaalbare woningen te realiseren, de wachttijd voor woningzoekenden te verkorten en bouwprocedures efficiënter te maken.

Het wetsvoorstel is een aangepaste versie van een eerder voorstel dat in maart vorig jaar door het vorige kabinet werd ingediend. In deze nieuwe versie zijn enkele wijzigingen doorgevoerd die inspelen op de huidige woningnood en de behoefte aan snellere besluitvorming.

‘Meer betaalbare woningen en sociale huur’

Een van de kernpunten van het wetsvoorstel is dat twee derde van de nieuw te bouwen woningen betaalbaar moet zijn voor mensen met een midden- en laag inkomen. Dit wordt op regioniveau vastgesteld, zodat gemeenten flexibel kunnen bepalen waar de betaalbare woningen komen. Daarnaast wordt expliciet vastgelegd dat 30% van de nieuwbouw sociale huur moet zijn.

De verdeling verschilt per regio: gemeenten met al veel sociale huurwoningen moeten 40% van hun nieuwbouw toewijzen aan middeninkomens, terwijl gemeenten met weinig sociale huurwoningen minimaal 30% sociale huurwoningen moeten bouwen.

Provincies krijgen de taak om hierop toe te zien en ervoor te zorgen dat het totaalbeeld per regio voldoet aan de gestelde normen.

Volgens minister Keijzer is het belangrijk dat betaalbare woningen in alle gemeenten beschikbaar zijn, zodat mensen met een gemiddeld inkomen overal een kans maken op een geschikte woning.

Vergunningsvrij familiewoningen op eigen erf

Een andere belangrijke wijziging in het wetsvoorstel is het versoepelen van de regels voor mantelzorg- en familiewoningen op eigen erf. Op dit moment is het al mogelijk om zonder vergunning een mantelzorgwoning te bouwen. De nieuwe wet breidt deze regeling uit naar familieleden in de eerste graad, zoals ouders en kinderen.

Deze aanpassing kan een oplossing bieden voor verschillende woonuitdagingen. Enerzijds kunnen ouderen langer in hun vertrouwde omgeving blijven wonen, dicht bij familie.

Anderzijds krijgen jongvolwassenen zonder eigen woonruimte een extra mogelijkheid om een betaalbare woning te vinden. Minister Keijzer noemt als voorbeeld een tiny house voor kinderen of grootouders op het erf van een bestaande woning.

Kortere procedures door schrappen van de ‘Ladder voor duurzame verstedelijking’

Om de woningbouw te versnellen, wordt voorgesteld om de ‘Ladder voor duurzame verstedelijking’ te schrappen. Dit is een verplichting waarbij onderbouwd moet worden waarom nieuwe woningen nodig zijn en waarom deze niet binnen de bestaande bebouwing gerealiseerd kunnen worden.

Volgens minister Keijzer leidt deze regelgeving tot extra onderzoekslasten, vertraging en hogere kosten. Door deze verplichting te schrappen, kunnen procedures voor woningbouw buiten de bebouwde kom korter en eenvoudiger worden.

Dit moet bijdragen aan het sneller realiseren van nieuwe woonwijken, zowel binnen als buiten stedelijke gebieden.