- De Belastingdienst verwacht dat via de tegenbewijsregeling voor box 3 ongeveer 2 à 3 miljard euro kan worden teruggevorderd door belastingplichtigen.
- In de onderbouwing van de regeling blijken cijfers uit eerdere overheidsstukken onnauwkeurig of intern tegenstrijdig.
- De totale budgettaire impact van rechtsherstel en tegenbewijs kan oplopen tot 6 à 7 miljard euro.
De tegenbewijsregeling voor box 3-belastingplichtigen blijkt volgens nieuwe overheidsdocumenten potentieel miljarden aan herstelbetalingen op te leveren.
Naar verwachting kunnen belastingplichtigen met succes 2 tot 3 miljard euro terugvorderen, bovenop de al geraamde 4,1 miljard voor massaalbezwaarprocedures over de jaren 2017 tot en met 2020.
Dat ziet in ieder geval fiscalist Cor Overduin na het doorrekenen van de gevolgen van de Nota naar aanleiding van het verslag inzake de Wet tegenbewijsregeling box 3.
Hierin staan niet alleen geactualiseerde cijfers, maar ook correcties op eerdere informatie. Zo werd in een Kamerbrief uit februari 2025 per abuis het bedrag van 631 miljard euro aan box 3-vermogen genoemd, terwijl dit volgens de meest recente berekening neerkomt op 582 miljard euro.
Rechtsherstel met een prijskaartje
Wanneer de massaalbezwaarplus-procedure gunstig uitvalt voor belastingplichtigen, zullen bijna 7 miljoen aanslagen herzien moeten worden. Daarbovenop komt nog het extra effect van de tegenbewijsregeling, waarmee belastingplichtigen met bewijs van een lager werkelijk rendement alsnog een correctie kunnen afdwingen.
De budgettaire gevolgen worden begroot op ruim 4 miljard. “In het verlengde daarvan komt daar nog eens 2 à 3 miljard bovenop omdat ook toegang tot tegenbewijs moet worden toegestaan”, ziet Overduin.
In totaal kan het terug te betalen bedrag voor de overheid oplopen tot 6 à 7 miljard euro.
Wat opvalt is dat de fiscale wetgever zinspeelt op het idee dat de kosten van het aantonen van het werkelijke rendement – denk aan advies- of proceskosten – bij de burger zelf blijven liggen. Daarmee rijst de vraag in hoeverre dit nog als daadwerkelijk ‘rechtsherstel’ kan worden gezien.
Kosten rijzen de pan uit
Tot slot blijkt uit de nota dat de eerder verwachte kosten van het opnemen van een aftrekpost voor kosten van het tegenbewijs, begroot op 192 miljoen euro per jaar, inmiddels zijn bijgesteld naar 1,1 miljard euro voor een periode van twee jaar.
Dit verschil van meer dan 700 miljoen euro laat zien dat de uitvoerings- en budgettaire gevolgen nog onvoldoende zijn uitgekristalliseerd.