- De Eerste Kamer debatteert dinsdag over de Wet Betaalbare Huur met stemming gepland op 25 juni.
- De minister heeft uitgebreid antwoord gegeven op meer dan 200 vragen van de Eerste Kamer, waarbij zowel de positieve als negatieve impact van de wet werd belicht.
- De wet ontvangt zowel kritiek als steun, met zorgen over de investeringsbereidheid en mobiliteit, maar ook positieve reacties over bescherming van huurders tegen woekerprijzen.
Morgen, op dinsdag 18 juni zal, de Eerste Kamer debatteren over de Wet Betaalbare Huur, met de stemming gepland voor 25 juni.
Deze wet is ontworpen om de positie van huurders te versterken en de betaalbaarheid van huurwoningen te waarborgen.
De minister heeft schriftelijk gereageerd op meer dan 200 vragen die door de Eerste Kamer werden gesteld na de eerste termijn van het debat. Deze antwoorden bieden inzicht in de praktische toepassing van de wet en de verwachte impact op zowel verhuurders als huurders.
Impact en kritiek
De minister erkent dat de wet ingrijpt in bestaande huurcontracten, maar benadrukt dat dit noodzakelijk is om huurders te beschermen en betaalbare huur te garanderen. Verhuurders vrezen echter voor financiële gevolgen en een verminderde investeringsbereidheid.
De Raad van State heeft kritiek geuit op de plannen, met zorgen over wachtlijsten, scheefwoners en verminderde mobiliteit op de arbeidsmarkt.
Verschillende experts en instellingen hebben hun zorgen uitgesproken. CBRE voorspelt dat de wet zal leiden tot minder betaalbare huurwoningen, minder investeringsbereidheid in nieuwbouw, langere wachtlijsten en stijgende huren in het vrije segment. Zij verwachten een krimp van 100.000 huurwoningen. Hoogleraar Peter Boelhouwer van de TU Delft voorziet een aanzienlijke daling in het aantal huurwoningen, met name door het afhaken van kleine beleggers. Hoogleraar Johan Conijn van de Universiteit van Amsterdam wijst op het belang van een eerlijke balans tussen verhuurder en huurder, iets wat volgens hem met de huidige wet ontbreekt.
Steun vanuit jongerenorganisaties
Ondanks de kritiek is er ook steun voor de wet. Afgelopen week verscheen een opiniestuk in de Volkskrant, waarin acht organisaties, verenigd in de Landelijke Jongerencoalitie Wonen, de wet ondersteunen.
Volgens hen betalen jongeren momenteel exorbitante huurprijzen, vaak voor woningen van slechte kwaliteit. Veel jongeren zijn aangewezen op de private huurmarkt door lange wachtlijsten voor sociale huurwoningen.
Dit resulteert er volgens hen in dat jonge huurders tot 61 procent van hun besteedbaar inkomen aan wonen uitgeven, wat financieel onhoudbaar is.
Het opiniestuk benadrukt dat de Wet Betaalbare Huur een stap in de goede richting is om woekerprijzen aan te pakken. De wet stelt een maximale huurprijs vast die past bij de kwaliteit van de woning en lost een bestaande weeffout op in de huurprijsbescherming.
De nieuwe wet maakt huurprijsregulering bindend en geeft gemeentes de mogelijkheid om boetes op te leggen aan verhuurders die zich niet aan de regels houden. Dit zorgt ervoor dat de verantwoordelijkheid voor een eerlijke huurprijs niet langer alleen bij de huurder ligt, zo vinden de jongerenorganisaties.
Niet alle jongeren zien het zo positief in. Verschillende studentenorganisaties verzoeken Eerste Kamer juist om Wet betaalbare huur af te wijzen. Deze studenten vrezen een afname van beschikbare studentenkamers en massaverkoop van particuliere kamers.