- De VVD benadrukt steeds dat de koopwoning het ultieme doel zou moeten zijn, maar is dat niet onnodig ideologisch?
- In de kern gaat het erom dat mensen betaalbaar kunnen wonen, of dat nu huur of koop is.
- Gelijke fiscale en juridische behandeling van huur en koop zou veel problemen oplossen.
VVD-Kamerlid Peter de Groot betoogt dat “het koophuis de heilige graal van de woningmarkt blijft.” De VVD wil dat betaalbare koopwoningen weer centraal komen te staan in beleid en politieke discussies.
Die nadruk op eigendom klinkt vertrouwd, maar is die nog wel van deze tijd?
Wat maakt het eigenlijk uit of iemand huurt of koopt? Er bestaan simpelweg twee markten: een woningmarkt om in te wonen en een woningmarkt als investering.
Mensen hebben behoefte aan betaalbaarheid, zekerheid en kwaliteit, ongeacht het label op het contract. De obsessie met eigendom verhult dat fundamentele vraagstuk.
Huur en koop als gelijkwaardige keuzes
Het is merkwaardig dat juist een liberale partij vasthoudt aan het beeld dat eigen woningbezit per definitie beter is. Vanuit een ideologisch perspectief is het misschien aantrekkelijk om burgers vooral eigenaar te willen maken, maar praktisch gezien gaat het erom dat mensen ergens prettig en betaalbaar kunnen wonen.
Voor sommige huishoudens past huur beter, bijvoorbeeld vanwege flexibiliteit of beperkte financiële draagkracht.
Daarnaast is er nog een ander aspect dat vaak onderbelicht blijft: het fiscale en juridische verschil tussen huur en koop zorgt voor kunstmatige ongelijkheid. Koopwoningen worden bevoordeeld via de hypotheekrenteaftrek en lagere belastingdruk, terwijl huurders vaak veel minder ondersteuning krijgen. Wanneer je die scheidslijn zou opheffen en huur en koop gelijk behandelt, verdwijnt vanzelf het idee dat de koopwoning superieur is.
Wonen is geen ideologisch doel
Geen enkele woningmarktexpert ziet de eigen woning als een soort eindstation waar iedereen per se naartoe moet. Het is eerder een persoonlijke keuze. Het debat zou niet moeten gaan over welke vorm van bewoning ‘de heilige graal’ is, maar over hoe je genoeg woningen realiseert die mensen met een gewoon inkomen kunnen betalen.
Zolang politici als De Groot blijven hameren op de koopwoning als hoogste goed, schuiven we dat doel alleen maar verder weg.
Het wordt tijd om die ideologische ballast overboord te gooien en wonen te behandelen als wat het is: een basisbehoefte die je op verschillende manieren kunt invullen.
Overigens, net als de sociale huurwoning de heilige graal is voor GL/PvdA. Ook al zo’n onzin.