- Voor het kabinet-Schoof geldt niet langer ‘water en bodem sturend’, maar ‘rekening houden met’ in ruimtelijke planning.
- Fahid Minhas van NEPROM pleit voor flexibele aanpak voor woningbouw op moeilijke locaties om woningnood aan te pakken.
- Toekomstbestendige, maar generieke bouwvoorschriften zijn nodig om duurzame woningbouw efficiënt en betaalbaar te houden.
Met de woningnood als één van de grootste uitdagingen voor het kabinet-Schoof, wil het kabinet de ambitie ‘water en bodem sturend’ verzwakken tot ‘rekening houden met’. Fahid Minhas, directeur van brancheorganisatie van project- en gebiedsontwikkelaars NEPROM, steunt deze wijziging, vertelt hij in een interview met Binnenlands Bestuur.
Het voormalig VVD-Kamerlid benadrukt dat Nederland door de woningkrapte snel moet inspelen op mogelijkheden, ook in gebieden met uitdagingen door water en bodem.
Minhas, die betrokken was bij eerdere discussies over water en bodem in de ruimtelijke ordening, stelt dat flexibiliteit essentieel is. “wat wij in de praktijk te veel zien is dat er op locaties niet wordt gebouwd vanwege wateruitdagingen. Wij kijken liever: hoe kan het daar wel?”
Hij wijst op het tekort van 400.000 woningen en stelt dat het essentieel is om per jaar minimaal 120.000 woningen te realiseren. “Als we die urgentie voorop zetten, moeten we bereid zijn om risico’s af te wegen, zoals het sporadische overstromingsrisico in bepaalde gebieden, mits bewoners goed worden geïnformeerd.”
Bouwen op lastige locaties: Innovatie en risicobewustzijn
Minhas pleit voor meer innovatie in bouwen op uitdagende locaties. Hij ziet kansen in gebieden zoals de uiterwaarden bij Arnhem en rond het Markermeer, waar natuurlijke functies soms gecombineerd kunnen worden met woningbouw.
Hij benadrukt dat water en bodem op veel locaties te rigide worden toegepast, waarbij wetenschappelijke kaarten soms rood gemarkeerde gebieden aanwijzen waar bouwen niet langer mogelijk is.
De impact van overstromingen, zoals in Zuid-Limburg in 2021, heeft volgens Minhas de bewustwording over waterbeheer versterkt. Hij vindt dat Nederland zich vooral moet richten op innovatieve manieren om water vast te houden in droge periodes, in plaats van water zo snel mogelijk af te voeren. Het landelijke watersysteem moet volgens hem worden aangepast om dit ‘sponswerking’ te verbeteren.
Flexibele, toekomstbestendige bouwvoorschriften
Naast water- en bodemuitdagingen, benadrukt Minhas het belang van generieke en haalbare bouwvoorschriften. Hij pleit voor hoge landelijke normen op het gebied van duurzaamheid, maar wijst erop dat verschillen in lokale eisen de woningbouwkosten opdrijven.
“Als bedrijven een fabriek hebben ingericht op fabrieksmatige woningbouw, maar per gemeente het vereiste isolatiepakket moeten aanpassen, dan worden die woningen meteen een stuk duurder”
Als het nieuwe kabinet daadwerkelijk iets aan de woningnood wil doen, moet het volgens Minhas scherpe en haalbare keuzes maken.
Hij adviseert minister Mona Keijzer om conflicten tussen verschillende belangen, zoals gemeenten en waterschappen, op te lossen door specifiek bouwbare locaties aan te wijzen.