- Economen bekritiseren Omtzigts plannen, zoals de terugkeer naar een zelfvoorzienende economie, als onrealistisch.
- Ze benadrukken het belang van internationale handel en de negatieve effecten van zijn migratiebeleid op de arbeidsmarkt.
- Experts waarschuwen voor het idealiseren van pre-1985-beleid, waarbij economische vooruitgang sinds de Lubbers-periode wordt genegeerd.
Pieter Omtzigt, leider van Nieuw Sociaal Contract (NSC), ligt onder vuur vanwege zijn economische plannen. Volgens economen zoals Sandra Phlippen (ABN AMRO) en Marieke Blom (ING) zijn Omtzigts ideeën, zoals een grotere rol voor de overheid en een terugkeer naar zelfvoorzienendheid, totaal onrealistisch.
Ze waarschuwen dat Nederland te afhankelijk is van internationale handel om deze koers te varen.
Daarnaast roept zijn kritische houding ten opzichte van migratie vragen op, omdat migranten volgens deskundigen cruciaal zijn voor het oplossen van tekorten op de arbeidsmarkt, zo schrijft Welingelichte Kringen.
Belang van internationale handel
Een van de belangrijkste kritiekpunten is Omtzigts neiging om de focus te verleggen naar een economie die minder afhankelijk is van internationale handel. Economen benadrukken dat dit voor een kleine, open economie als Nederland desastreuze gevolgen kan hebben.
Volgens Phlippen is internationale handel essentieel, vooral nu de geopolitieke situatie verslechtert en landen zoals de Verenigde Staten handelsbarrières opwerpen. Als de export wordt geraakt, kan dat de Nederlandse economie zwaar treffen.
Omtzigts visie dat grote bedrijven te veel invloed hebben op het Nederlandse beleid wordt ook in twijfel getrokken.
Blom stelt dat Nederland historisch gezien een aantrekkelijk vestigingsklimaat had, maar dat dit de laatste jaren juist is afgenomen, wat aangeeft dat bedrijven niet de dominante invloed hebben die Omtzigt suggereert. In plaats van een terugkeer naar de economie van voor 1985, pleiten economen voor het erkennen van de vooruitgang die sindsdien is geboekt.