- Steeds meer huurwoningen in grote steden worden verkocht aan eigenaar-bewoners, vooral in het lagere segment.
- Beleidsmaatregelen zoals de Wet Betaalbare Huur en hogere belastingen maken verhuur minder aantrekkelijk, wat leidt tot meer verkopen.
- De verkoop van huurwoningen verandert de buurtsamenstelling, doordat nieuwe kopers vaak hogere inkomens hebben en met minder personen in de woning wonen, wat bijdraagt aan het woningtekort.
Steeds meer huurwoningen in grote steden worden verkocht aan eigenaar-bewoners, wat leidt tot een verandering in de buurtsamenstelling, dat schrijft ING Research.
Deze trend, die voornamelijk het lagere segment treft, zorgt ervoor dat welvarendere kopers met hogere inkomens en kleinere huishoudens de plek innemen van voormalige huurders. Dit fenomeen wordt aangewakkerd door recente beleidsmaatregelen die beleggen in huurwoningen minder aantrekkelijk maken.
Groeiend aantal huurwoningen wordt verkocht
In het tweede kwartaal van 2024 zijn per saldo 4.775 huurwoningen verkocht aan eigenaar-bewoners, een verviervoudiging ten opzichte van twee jaar geleden.
Deze verschuiving speelt zich vooral af in grote steden zoals Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht. In deze steden zijn huurwoningen in het lagere segment het meest vatbaar voor verkoop, waarbij kleine appartementen tussen de 50 m² en 80 m² de grootste groep vormen.
De recente beleidsmaatregelen, zoals de Wet Betaalbare Huur en de verhoging van de belasting op verhuurinkomsten, hebben het rendement op huurwoningen sterk verminderd. Hierdoor kiezen veel verhuurders ervoor hun woningen te verkopen in plaats van ze te blijven verhuren.
Deze maatregelen, gecombineerd met hogere marktrentes en de opkoopbescherming, maken het financieel minder aantrekkelijk om huurwoningen aan te houden, vooral in de stedelijke gebieden waar de verkoopwaarden hoog zijn.
Veranderingen in buurtsamenstelling
De verkoop van huurwoningen aan eigenaar-bewoners leidt tot een veranderende buurtsamenstelling. Nieuwere kopers hebben over het algemeen hogere inkomens en bewonen de woningen met minder mensen dan huurders.
Dit betekent dat de woningbezetting afneemt, wat bijdraagt aan het woningtekort. Bovendien versterkt deze trend de aanwezigheid van welvarendere bewoners in stedelijke buurten, wat de sociaaleconomische diversiteit kan verminderen.
De voortdurende verschuiving van huur- naar koopwoningen zal naar verwachting deze trends verder versterken, met ingrijpende gevolgen voor de demografie en het karakter van buurten in de grote steden.