Huurcommissie uitspraak: Bewonerswissel geïnterpreteerd als kamerverhuur

Jongeren

Jongeren Foto: CNS

  • De Huurcommissie herkwalificeerde een gedeelde huurovereenkomst na een bewonerswissel als onzelfstandige kamerhuur.
  • De maandelijkse huurprijs wordt drastisch verlaagd van € 2.229 naar € 451.
  • De uitspraak vergroot de onzekerheid bij verhuurders over het toelaten van nieuwe bewoners binnen groepscontracten.

De Huurcommissie heeft deze week een opvallende uitspraak gedaan die grote gevolgen kan hebben voor verhuurders van gedeelde woonruimtes.

In een recente zaak werd een huurovereenkomst met drie bewoners na een bewonerswissel niet langer als gezamenlijk zelfstandig gebruik gezien, maar als onzelfstandige kamerhuur. De ingreep leidde tot een forse huurverlaging: van € 2.229 per maand naar slechts € 451.

De uitspraak benadrukt het spanningsveld tussen gedeeld wonen en de nieuwe kaders van de Wet Betaalbare Huur, die in sommige situaties sneller tot herkwalificatie richting kamerhuur kan leiden. Verhuurders die meerdere bewoners op één contract hebben staan, bevinden zich daarmee op juridisch glad ijs.

Onduidelijkheid over rol verhuurder

In de besproken casus verschilden huurder en verhuurder aanzienlijk van inzicht. Volgens de verhuurder was de nieuwe bewoner via een formele indeplaatsstelling toegevoegd aan een bestaande overeenkomst, waarbij één huurprijs gold en de woning zonder sloten op de deuren werd verhuurd.

De huurder stelde echter dat er sprake was van een hospiteerproces en dat hij een eigen contract had ontvangen. Bovendien werd de huurprijs onderling verrekend, een constructie die vaak voorkomt bij kamergewijze verhuur.

De Huurcommissie koos uiteindelijk voor de interpretatie van de huurder.

Voor verhuurders wordt de situatie zo onzekerder “De Huurcommissie kiest de kant van de huurder ondanks dat het onduidelijk is of de verhuurder een indeplaatsstelling of huurovereenkomst (of beide) heeft aangeboden”, schrijft Yvo Schaap van vastgoed.ai op LinkedIn.

Groeiende zorgen bij verhuurders

Deze uitspraak voedt de onzekerheid bij verhuurders die werken met groepscontracten voor drie of meer personen. De scheidslijn tussen medehuur en kamergewijze verhuur lijkt dunner dan ooit.

Zeker in gevallen van bewonerswissel kan een ogenschijnlijk kleine administratieve stap grote financiële gevolgen hebben.