Aantal huurwoningen in vrije sector neemt af: nieuwe huurwet onder vuur

Appartementen, illustratie

Appartementen Foto: CNS

  • Het aanbod vrije sector huurwoningen daalt sterk terwijl prijzen stijgen.
  • De discussie over het effect van de nieuwe huurwet laait daarmee verder op: helpt de wet of werkt het averechts?
  • De woonbond en makelaarsvereniging staan lijnrecht tegenover elkaar over de rol van beleggers.

Het aantal huurwoningen in de vrije sector neemt snel af, terwijl de huurprijzen blijven stijgen. De Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) luidde onlangs de noodklok, omdat steeds meer verhuurders hun panden verkopen.

Dit zou het gevolg zijn van de nieuwe huurwet, ingevoerd door voormalig woonminister Hugo de Jonge. Deze wet, bedoeld om huurwoningen betaalbaarder te maken, lijkt volgens critici juist het tegenovergestelde effect te hebben. Vooral in de grote steden is het lastig om een betaalbare huurwoning te vinden. Dit is de Dag va de EO belichtte de kwestie.

Effect op beleggers en huurders

Volgens Sieuwerd Ermerins van de NVM vormen de nieuwe regels een “giftige cocktail” voor verhuurders. Door maatregelen zoals het puntensysteem en de verhoging van de ‘box 3-belasting’, die het bezit van meerdere woningen zwaarder belast, stappen steeds meer beleggers uit de markt.

Hierdoor verdwijnen huurwoningen, wat volgens Ermerins vooral midden- en lage inkomens hard treft. Hij wijst erop dat er in korte tijd al zo’n 9000 huurwoningen zijn verdwenen en dat dit aantal nog verder kan oplopen.

Ermerins stelt dat de overheid te ver doorschiet met haar beleid en waarschuwt dat de huurwoningmarkt hierdoor verder verslechtert.

Matthijs ten Broeke van de Woonbond, een organisatie die opkomt voor huurders, heeft juist een andere kijk op de situatie. Hij juicht de nieuwe huurwet toe, omdat deze een einde zou maken aan de vrije hand die beleggers jarenlang hadden om hoge huren te vragen.

Wie moet er bouwen?

De kern van de discussie draait om de vraag wie verantwoordelijk moet zijn voor het bouwen van nieuwe huurwoningen. Volgens Ermerins zijn beleggers essentieel, omdat woningcorporaties al moeite hebben om voldoende sociale huurwoningen te realiseren.

Ten Broeke vindt dat beleggers vooral uit zijn op winst en dat de woningmarkt hierdoor onevenwichtig is geworden. Volgens hem moeten er meer woningen komen die niet zijn gericht op het behalen van winst, zodat er meer betaalbare huurwoningen ontstaan.

De vraag blijft hoe de huurmarkt zich zal ontwikkelen onder de huidige wetgeving. Beide partijen zijn het erover eens dat de situatie zorgelijk is, maar de oplossing zien ze verschillend.