In de markt zegt men wel dat iets van 80 procent van de huurinkomsten naar de Belastingdienst moet

Rekenmachine

Rekenmachine Foto: Edar / Pixabay

  • De overheid onttrekt jaarlijks miljarden uit de woningmarkt, waardoor nieuwbouw achterblijft.
  • Door fiscale maatregelen en hoge lasten wordt investeren in huurwoningen onaantrekkelijk.
  • Volgens hoogleraar Peter Boelhouwer moet de overheid fundamenteel ingrijpen om de woningmarkt te herstellen.

De woningmarkt kampt met een aanhoudende crisis, en volgens woningmarkthoogleraar Peter Boelhouwer is de overheid hier grotendeels verantwoordelijk voor. Dat zegt hij tegenover RTL Nieuws.

Door een combinatie van hoge belastingen en beperkende regelgeving wordt het voor beleggers en woningcorporaties steeds moeilijker om nieuwe woningen te realiseren. De ambitie om jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen blijft daardoor buiten bereik.

De kern van het probleem ligt bij de fiscale regelgeving rondom huurwoningen. “In de markt zegt men wel dat iets van 80 procent van de huurinkomsten naar de Belastingdienst moet. In combinatie met de gestegen rente gaat dat natuurlijk niet goed”, zegt Boelhouwer tegenover de nieuwssite.

Er wordt jaarlijks miljarden euro’s uit de woningmarkt onttrokken via belastingen zoals de vennootschapsbelasting voor woningcorporaties en de overdrachtsbelasting voor beleggers.

Dit zorgt ervoor dat er minder geld beschikbaar is voor nieuwbouw en verduurzaming.

Beleggers verlaten de markt, koopaanbod groeit

Door deze fiscale druk en de invoering van de Wet betaalbare huur hebben veel particuliere beleggers besloten hun huurwoningen te verkopen. Vooral kleinere voormalige huurappartementen komen hierdoor massaal op de markt. Dit heeft geleid tot een stabilisatie van de huizenprijzen, wat goed nieuws lijkt voor starters.

Toch is dit slechts een gedeeltelijke oplossing. Volgens Boelhouwer zijn het vooral vermogende starters die hiervan profiteren. Met een gemiddeld inkomen van €81.000 en €50.000 eigen geld hebben zij een betere uitgangspositie dan middeninkomens, die door de hoge leennormen buiten de boot vallen.

Volgens Bolhouwer ligt de sleutel bij het ministerie van Financiën. Zo zou de vennootschapsbelasting voor woningcorporaties versoepeld kunnen worden om hen meer financiële ruimte te geven.

Ook de overdrachtsbelasting voor beleggers, die in 2026 weliswaar van ruim 10% naar 8% gaat, blijft volgens hem te hoog.