Minder woningverkopen, maar hogere prijzen in 2024

Interieur van een huis

Interieur van een huis Foto: Skitterphoto / Pixabay

  • Huizenprijzen zullen in 2024 tussen de 7 en 10 procent stijgen, zo verwacht Van Bruggen Adviesgroep.
  • Huishoudens hebben meer te besteden voor een woning door toenomen leencapaciteit.
  • Het aantal huizenverkopen zal wel afnemen.

De prijzen voor bestaande woningen zullen in 2024 tussen de 7 en 10 procent stijgen, zo verwacht financieel intermediair Van Bruggen Adviesgroep.

Eerder bleek al dat economen bij grootbanken als ING en Rabobank ook rekening houden met een stijging van de huizenprijs, al rekenen zij iets conservatiever met een stijging van zo’n 4,5%.

Huishoudens kunnen meer lenen doordat de lonen in een reactie op de inflatie ook zijn gestegen, zo tekenden economen van RaboResearch al op. Ook Van Bruggen geeft de loonstijgingen en de daarmee toegenomen leencapaciteit als een van de redenen voor de verwacht stijgingen van de huizenprijzen.

Stijgende inkomens en dalende hypotheekrentes

Van Bruggen noemt drie verschillende factoren waardoor huishoudens komend jaar meer te besteden hebben voor een woning.

De eerste factor is de al genoemd reeks salarisverhogingen, waarbij in sommige gevallen al afspraken zijn vastgelegd in cao’s. Wel is het zo dat voor beroepen waar nieuwe cao-afspraken nog gemaakt moeten worden, het de verwachting dat de salarisstijging volgend jaar lager zal uitvallen dan in 2023.

Een tweede factor is dat de hypotheekrentes nu toch weer dalen, wat betekent dat er een grotere hypotheek kan worden verkregen. Er wordt een voortzetting verwacht van de dalende trend in hypotheekrentes, die de afgelopen maanden al zichtbaar was.

Vanaf 1 januari 2024 worden tenslotte ook nieuwe hypotheeknormen van kracht. Dit zal voor sommige huishoudens betekenen dat ze meer kunnen lenen, terwijl anderen juist iets minder kunnen lenen bij een gelijkblijvend inkomen en rentepercentage. Twee maatregelen die vooral van invloed zijn, zullen waarschijnlijk de prijzen voor bepaalde huishoudens en woningen opdrijven.

De maatregelen zullen vooral voor ‘goedkopere’ woningen een prijsopdrijvend effect hebben.

Uiteraard speelt de krapte op de markt een grote rol. De toegenomen financieringsruimte betekent simpelweg dat mensen in de krappe markt meer geld op tafel kunnen leggen voor de woning van hun keuze. Van Bruggen stelt ook dat er niet meer, maar eerder minder, woningverkopen zullen zijn.

Extra geld in de markt komt hier dus niet ten goede aan meer transacties, maar vooral aan hogere transactiewaardes.