- Woonminister Mona Keijzer tekende afspraken om woningbouw te versnellen met een focus op betaalbaarheid.
- Marktpartijen blijven sceptisch over haalbaarheid, terwijl pensioenfondsen en de Woonbond afzijdig blijven.
- Nieuwe afspraken richten zich op versimpelde regels en regionale betaalbaarheidsdoelen, maar concrete garanties ontbreken.
Woonminister Mona Keijzer heeft bij de woontop afspraken ondertekend met diverse partijen in de bouw- en vastgoedsector om de woningbouw in Nederland te versnellen.
Een ambitieuze doelstelling van 100.000 nieuwbouwwoningen per jaar, waarvan twee derde betaalbaar voor lage en middeninkomens, staat – opnieuw – centraal. Maar de marktpartijen die tekenden, waaronder gemeenten, projectontwikkelaars en bouwers, blijven verdeeld over de haalbaarheid.
Keijzer benadrukte na de woontop in Nieuwegein dat de betaalbaarheidseisen, waar eerder veel weerstand tegen was, nu “op nationaal niveau beslecht” zijn, zo tekent het Financieele Dagblad op. “Als mensen nu nog zeggen dat het niet kan, dan zeg ik, ‘kijk even naar de afspraken die we gemaakt hebben op 11 december, het kan wel,’” aldus Keijzer.
Toch blijft onzeker of deze afspraken daadwerkelijk leiden tot meer en sneller beschikbare woningen.
Kritiek op financiële haalbaarheid
Hoewel Keijzer zich optimistisch toont, is de financiële kant een heet hangijzer.
Waar gaat het ook alweer om? Haalbaarheidsstudies tonen aan dat de bouw van betaalbare woningen mogelijk is, mits de overheid en gemeenten samen miljarden extra bijdragen.
Tot nu toe ontbreekt echter harde toezegging over deze financiële steun. Gemeenten geven aan dat zij zonder extra middelen niet volledig kunnen voldoen aan de ambities.
Bouwers en ontwikkelaars hebben hun zorgen geuit over de rentabiliteit van projecten met strenge betaalbaarheidseisen. Bovendien zijn er geen afspraken gemaakt om het investeringsklimaat voor beleggers te verbeteren, zoals aanpassingen in de overdrachtsbelasting of btw.
Dit heeft mogelijk bijgedragen aan de beslissing van pensioenfondsen en verzekeraars om niet mee te tekenen.
Regels en regionale flexibiliteit
Een belangrijk element van de afspraken is het versimpelen van regelgeving, waardoor bouwprojecten sneller van de grond moeten komen.
Zo wil Keijzer het landelijke bouwbesluit leidend maken en is er een voorstel om verschillende projectfases parallel te plannen. Dit zou de doorlooptijd van projecten kunnen verkorten van tien naar zeven jaar.
Partners verdeeld, vertrouwen beperkt
Hoewel grote partijen zoals gemeenten, provincies en corporaties zich verbonden hebben aan de plannen, blijven cruciale spelers zoals pensioenfondsen afzijdig, zo schreven we eerder. Ook de Woonbond heeft niet getekend, vanwege onvrede over oplopende huurprijzen.
Met de ambitieuze afspraken lijkt het alsof de resterende partners stevig vastzitten aan de gemaakte afspraken, terwijl partijen die niet tekenden – zoals pensioenfondsen – mogelijk beter gepositioneerd zijn. Of deze aanpak daadwerkelijk een versnelling brengt, zal de tijd moeten leren.