- Vastgoed Belang dreigt de handtekening onder afspraken over woningbouw terug te trekken na belastingverhoging.
- Dit is een reactie op de verhoging van de box-3-heffing, wat het investeringsklimaat verslechtert.
- Particuliere huurwoningen komen door de aangekondigde belastingmaatregel verder onder druk te staan; dat brengt ook de doelstellingen kabinet in gevaar.
Nog geen week na de Woontop van 11 december, waarin minister Mona Keijzer (VRO) ambitieuze afspraken maakte met Vastgoed Belang en andere partijen, is er al onrust.
Vastgoed Belang overweegt de toezeggingen over woningbouw terug te draaien. Aanleiding is de aankondiging van het ministerie van Financiën dat het forfait voor box-3-beleggers in 2026 verder wordt verhoogd.
“Slechts twee dagen na het tekenen van het akkoord komt het kabinet met schadelijke maatregelen,” zegt Niek Verra, interim-voorzitter van Vastgoed Belang in een persbericht. “Dit getuigt van een gebrek aan samenwerking tussen de ministeries van Financiën en VRO.”
De sector beloofde tijdens de Woontop een bijdrage van 10.000 nieuwe woningen per jaar, een belangrijke bouwsteen om de doelstelling van 100.000 nieuwe woningen jaarlijks te halen. Die belofte staat nu op losse schroeven door het verslechterde investeringsklimaat.
Private verhuurders zwaar getroffen
De verhoging van het fictieve rendement in box 3 met 1,78% treft vooral kleine particuliere verhuurders. Deze groep, die een cruciale rol speelt in de Nederlandse huurmarkt, krijgt te maken met een belastingdruk waarbij meer dan de helft van de jaarlijkse huurinkomsten wordt afgeroomd. Veel verhuurders die enkele panden verhuren als pensioenvoorziening, overwegen hierdoor te stoppen.
“De combinatie van stijgende lasten en dalende huurinkomsten maakt verhuur financieel onhoudbaar,” aldus Verra.
Volgens Vastgoed Belang heeft dit desastreuze gevolgen voor de woningmarkt: het huuraanbod zal verder afnemen en de druk op de toch al krappe markt voor betaalbare huurwoningen zal toenemen.
Lees ook: Minister Keijzer zet op Woontop haar overgebleven partners vast in afspraken
“Ik ben zeer onaangenaam verrast door het bericht van het Ministerie van Financiën van vrijdagavond, daags na de Woontop van Mona Keijzer | Minister van VRO, dat het belasten van daadwerkelijk rendement in box 3 met weer een jaar wordt uitgesteld”, schrijft Niek Verra verder op LinkedIn.
“De tegenvaller van meer dan 2,5 miljard euro wordt wederom gezocht in het verhogen van de fortifaire percentages op onder meer vastgoed. [..] In de praktijk betekent dit dat een verhuurder van een middenhuur woning van 350.000 euro WOZ met een huur van ongeveer 1000 euro (zonder aftrek van kosten) bijna 8.000 euro per jaar gaat betalen aan box 3 heffing”, ziet Verra.
Hij vindt de aangekondigde belasting ‘onacceptabel’, “je kunt verhuurders die zelfstandig voor hun pensioen zorgen niet zo zwaar belasten dat ze maandelijks moeten bijleggen in plaats van dat ze er wat aan overhouden”.
Particuliere verhuurders waren tussen 2021 en 2023 goed voor 78.000 nieuwe woningen via transformaties en nieuwbouw. Zonder deze investeerders is de bouwdoelstelling onmogelijk te realiseren.
Tegenbewijsregeling biedt geen oplossing
Het kabinet stelt dat de zogenaamde Tegenbewijsregeling een oplossing kan bieden. Hiermee kunnen verhuurders aantonen dat hun rendement lager ligt dan het forfait.
Volgens Vastgoed Belang is deze regeling echter ineffectief, omdat exploitatiekosten niet mogen worden afgetrokken. Dat is cruciaal om de regeling te laten werken, benadrukt Verra in het bericht. Critici wezen er direct na de bekendmaking van het uitstel van de box 3-hervorming en de verhoging van het forfait al op dat de uitwerking zeker voor particuliere verhuurders desastreus zou zijn.
De verhoogde belastingdruk kan ook een massale verkoop van huurwoningen versnellen, waardoor vooral starters en middeninkomens de dupe worden van een krimpende huurmarkt.
Cruciaal debat op komst
Met het oog op een cruciaal debat op 30 januari in de Tweede Kamer, roept Vastgoed Belang minister Keijzer op om in te grijpen.
Verra verwacht dat ook andere partijen, waaronder het ministerie van VRO en politieke fracties, onaangenaam verrast zijn door de timing van de maatregelen.
De vraag is nu of het kabinet in staat is om de kloof tussen Financiën en Volkshuisvesting te overbruggen en te voorkomen dat de woonafspraken stranden. Zonder actie lijken de ambities van de Woontop weinig kans van slagen te hebben.