- Starters op de hypotheekmarkt moeten bijna 10% meer eigen geld inleggen, wat neerkomt op gemiddeld €42.000.
- De huizenprijzen stegen in het tweede kwartaal van 2024 met 14% op jaarbasis.
- Doorstromers profiteren van de waardestijging van hun oude woning, maar starters uiteraard niet.
De Nederlandse huizenprijzen zijn in het tweede kwartaal van 2024 opnieuw fors gestegen.
Volgens HDN (Hypotheken Data Netwerk) steeg het gemiddelde hypotheekbedrag dit jaar naar €360.750, zo zagen we gisteren.
Dit is een toename van bijna 10% vergeleken met Q2 2023. Dit zorgt ervoor dat het voor starters steeds lastiger wordt om een betaalbare woning te vinden, vooral in het lagere segment van de markt.
Uit recente cijfers van makelaarsvereniging NVM blijkt dat de prijzen van koopwoningen met liefst 14% zijn toegenomen ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar. Deze stijging veroorzaakt grote problemen voor starters op de woningmarkt, die hierdoor steeds meer eigen geld moeten inleggen om een woning te kunnen kopen.
Woningen blijven buiten bereik van starters
Wat vooral opvalt, is de stijging in de benodigde eigen inleg voor starters. Waar de meeste groepen de afgelopen kwartaal minder eigen geld nodig hadden, moesten starters bijna 10% meer inleggen. Dit komt neer op een gemiddelde eigen inleg van €42.000.
Doorstromers, daarentegen, profiteren van de waardestijging van hun oude woning bij het kopen van een nieuwe woning, wat hen in een gunstiger positie plaatst.
Uitponden van woningen – nu de Wet betaalbare huur is aangenomen – kan wat verlichting brengen op de oververhitte huizenmarkt, maar door de opgelopen prijzen komen deze woningen waarschijnlijk juist niet ten goede aan starters.
Critici van particuliere verhuur roepen weliswaar dat de verkochte huurwoningen hun weg kunnen vinden naar eigenhuizenbezitters. De praktijk lijkt echter uit te wijzen dat het binnen de krappe huizenmarkt in ieder geval geen starters aan een woning helpt.
De prijzen zijn simpelweg te hoog.