- Starters vinden geen verlichting in de markt, waarbij zelfs met stijgende inkomens de woningprijzen hen geen stap dichterbij een eigen huis brengen.
- Eigenhuizenbezitters ervaren op papier een welvaartsstijging maar winnen praktisch niets, gezien de noodzaak ergens te wonen blijft.
- Overheidspogingen om de situatie te verbeteren lijken averechts te werken, met kritiek op het beleid van demissionair minister Hugo de Jonge en een falende bouwambitie die de woningnood verder verscherpt.
De situatie op de Nederlandse huizenmarkt baart zorgen. Starters en huizenbezitters worden geconfronteerd met uitdagingen die hun financiële welvaart en mogelijkheden beperken. Dat vindt ‘BNR huiseconoom’ Han de Jong.
Volgens De Jong, eigenaar van Crystal Clear Economics, ligt de oorzaak in de klassieke economische dynamiek van vraag en aanbod; een dynamiek die vooral nadelig uitpakt voor zowel mensen die nieuw zijjn op de huizenmarkt als huizenbezitters.
Huizenprijzen in de lift: dat is niet alleen maar goed nieuws
Stijgende huizenprijzen klinken wellicht als muziek in de oren bij diegenen met een aantal panden in de portefeuille, het is niet alleen maar positief voor de ‘BV Nederland’.
De voortdurende stijging van de huizenprijzen is volgens De Jong een signaal dat we serieus moeten nemen. De reden voor deze stijging is duidelijk: een toenemende vraag door stijgende lonen, tegenover een teleurstellend klein aanbod door onvoldoende nieuwbouw.
Voor starters is deze marktontwikkeling bijzonder ongunstig. Zelfs met een inkomen dat stijgt, worden ze geconfronteerd met woningprijzen die hun droom van een eigen huis verder buiten bereik plaatsen.
De kritiek op overheidsinitiatieven is niet mals
Het sleutelen van demissionair minister Hugo de Jonge en het ministerie van Binnenlandse Zaken aan de huizenmarkt lijkt de situatie niet te verbeteren, maar eerder te verergeren.
De ambitie om jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen blijft een onvervulde belofte, met slechts iets meer dan 53.000 bouwvergunningen die in een jaar zijn verleend. Ook de maatregelen om de huurmarkt te reguleren lijken averechts te werken, door het aanbod van huurwoningen te verminderen en de woningnood te vergroten.