Tijdelijke huurovereenkomsten mogelijk maken biedt zeker verlichting – Kernproblematiek omtrent box 3 in combinatie met Wet betaalbare huur en overige maatregelen blijft overeind

Grafiek: Als tijdelijke huurcontracten weer mogelijk zijn, pond je dan minder snel uit?

Als tijdelijke huurcontracten weer mogelijk zijn, pond je dan minder snel uit? Foto: Vastgoed Insider

  • De helft van de vastgoedbeleggers wil minder of trager uitponden bij herinvoering tijdelijke huurcontracten
  • Tijdelijke huurovereenkomsten bieden volgens beleggers verlichting in afwachting van structurele aanpassingen
  • Minister komt volgende maand met voorstellen om verhuurderspositie te versterken

Een meerderheid in de Tweede Kamer wil zien het verbod op tijdelijke huurcontracten aanpassing behoeft. Reden is de toenemende kritiek dat de Wet vaste huurcontracten averechts werkt op het woningaanbod en particuliere verhuurders afschrikt.

Vastgoedbeleggers reageren verdeeld, maar uit een recente poll onder deze groep blijkt dat 50% bereid is het uitponden van hun woningen uit te stellen of in lagere mate door te zetten, mits tijdelijke huurcontracten weer mogelijk worden.

“tijdelijke hovk’en bieden wat ruimte om zelf de regie te houden in de verduurzaming welke je door een portefuille heen planmatig wilt doorvoeren”, schrijft iemand in onze vastgoed community.

Tijdelijke huurovereenkomsten of huurovereenkomsten met opzegtermijn kunnen sowieso verlichting bieden, zo is het sentiment.

De beweegredenen lopen uiteen. Een deel van de beleggers wil vooral afwachten tot er meer duidelijkheid komt over aanpassingen in box 3.

Grafiek: Als tijdelijke huurcontracten weer mogelijk zijn, pond je dan minder snel uit?
Stemverdeling: Als tijdelijke huurcontracten weer mogelijk zijn, pond je dan minder snel uit?

Box 3 blijft heikel punt

“Het helpt, maar box 3 blijft het grootste struikelblok”, vindt een lezer op LinkedIn.

“Tijdelijke contracten maken dat de periode dat er verlies wordt genomen ( Box3 ) beperkt kan worden in de hoop dat er voldoende verbeterd qua WbH en Box3 om het toch alsnog aan te houden”, reageert een vastgoedbelegger.

De belastingdruk op tweede woningen speelt voor velen een doorslaggevende rol in het besluit om al dan niet te verkopen. Ook de aankomende Wet betaalbare huur wordt als knelpunt genoemd.

Anderen hebben inmiddels geen vertrouwen meer in het overheidsbeleid en kiezen er juist wél voor om te verkopen – ongeacht mogelijke beleidswijzigingen. Een negatieve cashflow dwingt beleggers soms zelfs tot verkoop, ondanks hun wens om actief te blijven op de huurmarkt.

“Zelfs met tijdelijke contracten is de netto opbrengst negatief, door alleen al wbh en daar komt box 3 nog bij. Dat tijdelijke is voor mij enkel een risico verlaging, maar dat maakt het financiele tekort nog niet goed”, vindt een van de vastgoedbeleggers uit de community.

“De huurcontracten zijn bij lange na niet zo schadelijk voor het rendement als de huidige box3. Dus ik ga uitponden zolang dat niet veranderd”, schrijft iemand op Facebook.

Signaal aan politiek: beleidsruimte nodig

We zien dus twee duidelijke lijnen. “Geen rendement geen huur. Zonder aanpassing van de Box 3 roof ga ik onverminderd door met uitponden”, zegt de een. Maar daar tegenover staan verhuurders die het best nog even aan willen kijken.

“Ik ben nu driftig aan het uitponden maar met tijdelijke contracten zou ik het zeker even aankijken hoe box 3 zich gaat ontwikkelen op basis van werkelijk rendement”, zo schreef een ander op X.

Grafiek: Als tijdelijke huurcontracten weer mogelijk zijn, pond je dan minder snel uit?
Als tijdelijke huurcontracten weer mogelijk zijn, pond je dan minder snel uit?

Dat 50% van de respondenten uitponden in ieder geval minder hard wil doorzetten, is een significant signaal. Zeker nu uit eerdere studies nog werd aangenomen dat tijdelijke huurcontracten geen positief effect hebben op het aanbod huurwoningen.

In het huidige marktsentiment lijkt dat achterhaald: zelfs een tijdelijke afname van uitponding wordt nu als winst gezien, zolang structurele maatregelen nog op zich laten wachten.

De minister van Volkshuisvesting presenteert volgende maand voorstellen om particuliere verhuurders meer perspectief te bieden. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar tijdelijke huur, maar ook naar fiscale hervormingen en betaalbaarheid.

De timing is cruciaal: beleggers snakken naar stabiliteit, maar willen tegelijk wendbaarheid behouden.

“1 of 2 jaar wachten of situatie verbeterd, eventueel klein verlies incalculeren. Maar dat ga je niet een 2de keer doen, dus wordt de woning na 1 of 2 jaar verkocht. In de tussentijd signaleren ze dat er geen problemen meer zijn en dan wordt het een stille ramp”, vindt een respondent.