- De Wet betaalbare huur wordt volgens de voorjaarsnota aangepast: minder woningen vallen onder de regulering en de WOZ-waarde krijgt een zwaarder gewicht.
- Kleine verhuurders worden deels uitgezonderd van de regels, wat bijdraagt aan behoud van investeringsbereidheid.
- De aanpassingen markeren een eerste belangrijke stap in het herstel van evenwicht op de woningmarkt, ziet Vastgoed Belang.
De voorjaarsnota brengt corporaties veel zorgen, maar het is ook een van de eerste tekenen van een ommekeer in de opstelling van de overheid tegenover verhuurders. Particuliere verhuurders hebben reden weer iets positiver naar de toekomst te kijken.
Dat ziet ook Niek Verra, voorzitter van branchevereniging Vastgoed Belang, die schrijft, “Vastgoed Belang is verheugd dat het kabinet eindelijk inziet dat de Wet Betaalbare Huur de huurmarkt – en dus de huurders – juist niet helpt om een betaalbare huurwoning te vinden”.
Na jaren van toenemende druk op de vrije huursector, neemt het kabinet nu concrete stappen om het tij te keren. De versoepeling van de Wet Betaalbare Huur moet ervoor zorgen dat verhuurders niet langer massaal afhaken en woningen verkopen.
Met name de herziening van het woningwaarderingsstelsel (WWS) speelt hierin een centrale rol. Door het aantal punten dat nodig is om in de vrije sector te blijven te verlagen, vallen minder woningen onder de gereguleerde middenhuur.
Daarnaast krijgt de WOZ-waarde een zwaarder gewicht in de puntentelling, wat de huurprijs beter laat aansluiten op de economische realiteit van stedelijke gebieden zoals Amsterdam en Utrecht.
Ruimte voor investeringen en behoud woningaanbod
Deze wijziging is niet alleen gunstig voor verhuurders; ook huurders profiteren indirect van het effect dat er meer huurwoningen beschikbaar blijven.
De hernieuwde balans zorgt voor meer investeringsruimte voor onderhoud en verduurzaming, cruciaal voor een toekomstbestendige huursector.
Kleine particuliere verhuurders, een groep die volgens de branchevereniging vaak wordt vergeten in het politieke debat, worden bovendien deels uitgezonderd van de strengste regelgeving.
Deze verhuurders, vaak met één of enkele woningen in bezit, worden onevenredig hard geraakt door de opeenstapeling van fiscale en wettelijke maatregelen. Met deze uitzonderingen wordt erkend dat zij een andere rol vervullen dan institutionele beleggers.
Eerste stap naar herstel
Vastgoed Belang ziet de aangekondigde versoepelingen als een noodzakelijke eerste stap naar een gezondere huurmarkt. De vereniging benadrukt dat voortdurende samenwerking tussen marktpartijen en politiek essentieel blijft om verdere schade aan het woningaanbod te voorkomen.
Hoewel de maatregelen nog verder moeten worden uitgewerkt, is de toon gezet: het erkennen van de waarde van particuliere verhuur draagt bij aan een breder, diverser en stabieler woningaanbod.
Hoe de uitzondering voor kleine verhuurders er uit moet gaan zien, en per wanneer de huurregels voor middenhuur worden verruimd werd overigens niet direct duidelijk na de akkoorden.