Voorstel over nieuwe duidelijkere regels over servicekosten naar Tweede Kamer

Stel in hun keuken Foto: CNS

  • Een wetsvoorstel voor heldere richtlijnen over servicekosten in de verhuursector ligt bij de Tweede Kamer.
  • Het voorstel omvat een limitatieve lijst van toegestane servicekosten en striktere voorwaarden voor winstvrij rekenen.
  • Naar verwachting treden de nieuwe regels in 2025 in werking, gericht op betere bescherming van huurders.

In de Nederlandse verhuurmarkt spelen servicekosten een belangrijke rol: extra kosten die verhuurders bovenop de kale huurprijs kunnen rekenen voor zaken als schoonmaak van algemene ruimten en diensten van een huismeester.

De bestaande regelgeving is echter onvoldoende om onterechte kosten in te perken. Minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) wil hier verandering in brengen en heeft een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gestuurd.

Dit wetsvoorstel, dat naar verwachting in 2025 van kracht wordt, moet zowel verhuurders als huurders meer houvast bieden over wat precies onder servicekosten valt.

Limitatieve lijst en vaste berekeningsmethoden

Ook huurrechtavocaat Claudia van Meurs – Janssens schreef over de nieuwe regels.

Centraal in het voorstel staat een limitatieve lijst van toegestane servicekosten. Deze lijst specificeert welke kosten verhuurders wel en niet mogen doorberekenen aan huurders.

Voor bepaalde soorten kosten worden vaste formules en berekeningen voorgeschreven, zodat er minder ruimte is voor onduidelijkheden. Bijvoorbeeld, faciliteiten zoals een fitnessruimte of zwembad kunnen niet meer als servicekosten worden gerekend. Hiermee wordt beoogd dat kosten enkel in rekening worden gebracht als ze daadwerkelijk verband houden met de geboden woonservice.

Aanpassing in het burgerlijk wetboek

Het wetsvoorstel brengt wijzigingen aan in het Burgerlijk Wetboek, waarin nu ook expliciet zal worden vermeld dat servicekosten de daadwerkelijk gemaakte kosten moeten weerspiegelen en een redelijke vergoeding voor de geleverde diensten moeten vormen.

Dit betekent dat verhuurders geen winst mogen maken op servicekosten, een regel die eerder wel als uitgangspunt gold maar in de praktijk moeilijk afdwingbaar bleek. De verwachting is dat deze verduidelijking een stevige basis biedt voor zowel huurders als handhavingsinstanties om misstanden aan te pakken.

Huurders krijgen niet alleen meer duidelijkheid, maar ook meer mogelijkheden om eventuele misstanden aan te kaarten.

Zo wordt het eenvoudiger om het voorschot op de servicekosten te laten toetsen en samen met medebewoners van een complex een uitspraak van de Huurcommissie te vragen. Deze stap komt voort uit een groeiende behoefte aan duidelijkheid en controle: de Huurcommissie ontving in 2023 maar liefst 3.800 zaken over servicekosten, een stijging van 60% ten opzichte van 2022. De betere afbakening moet helpen om dit soort conflicten in de toekomst te verminderen.

Gemeenten handhaven actief op oneerlijke servicekosten

Sinds juli 2023 houden gemeenten toezicht op de juiste toepassing van servicekosten en handhaven zij op basis van de Wet goed verhuurderschap.

Bij onterechte of onjuiste kosten kunnen huurders terecht bij hun gemeentelijke meldpunt. De nieuwe regels moeten dit proces verder ondersteunen en zorgen voor gerichtere en efficiëntere handhaving, waardoor huurders beter beschermd worden tegen misbruik.

De Raad van State gaf een blanco advies bij dit wetsvoorstel, waarmee de weg vrij is voor behandeling in de Tweede Kamer. Als de Kamer instemt, zal de Eerste Kamer zich over het voorstel buigen. Bij goedkeuring worden de nieuwe regels naar verwachting in 2025 van kracht, waarmee een belangrijke stap wordt gezet naar een eerlijkere en transparantere huurmarkt.

Met deze wetswijziging beoogt de overheid de verhuurmarkt toegankelijker en overzichtelijker te maken, zodat huurders een betere bescherming genieten tegen onterecht hoge kosten. Wat vindt u van deze ontwikkeling?