Woontop: weinig nieuws en ‘veel wishful thinking’ – of toch aan kansje op een doorbraak?

De bouw

De bouw Foto: CNS

  • De afspraken van Mona Keijzer’s woontop bieden volgens critici weinig concrete oplossingen voor de woningnood.
  • Belangrijke obstakels zoals financiering en regelgeving blijven grotendeels onopgelost.
  • Hoogleraar Peter Boelhouwer noemt de plannen ‘veel wishful thinking’ zonder structurele aanpak.

Tijdens de Woontop hebben het Rijk, gemeenten, woningcorporaties en marktpartijen gisteren concrete afspraken gemaakt om de woningbouw te versnellen naar een productie van 100.000 woningen per jaar.

De woontop van 11 december 2024 werd gepresenteerd als een belangrijke stap in de aanpak van de woningnood, met als doel 800.000 nieuwe woningen te bouwen tegen 2030.

Hoewel er intenties zijn uitgesproken en afspraken zijn gemaakt tussen overheid, bouwbedrijven en woningcorporaties, blijkt bij nadere beschouwing dat de beloften weinig nieuws bevatten.

Er zijn enkele doorbraaklocaties aangewezen waar nu daadwerkelijk gebouwd zou moeten worden, waaronder Groot Merwede-Rijnenburg in Utrecht en Lisserbroek/Nieuw-Vennep West. Ook worden stappen gezet richting flexibele bouwoplossingen, zoals verplaatsbare woningen. Echter, essentiële knelpunten blijven grotendeels onaangeroerd.

Hoe de bouw van 100.000 woningen – al geruime tijd beleidsdoel – deze keer wel gaat lukken wordt vooralsnog niet helemaal helder.

Financiering blijft struikelblok

Eerst het positieve nieuws: tijdens de woontop zijn er ‘doorbraak afspraken’ gemaakt voor drie locaties. Daar moet nu echt flink gebouwd gaan worden. Het gaat daarbij om Utrecht, Lisserbroek en Nieuw-Vennep West en Lansingerland, in totaal voor bijna 75.000 extra woningen.

Een van de grootste problemen is echter het gebrek aan financiële middelen voor ‘betaalbare woningbouw’. Het kabinet heeft weliswaar extra geld gereserveerd, maar daar blijft het bij.

Het totale budget van 12,5 miljard euro lijkt ontoereikend om de betaalbaarheidseisen – twee derde van de nieuwe woningen moet betaalbaar zijn – haalbaar te maken. Commerciële partijen en woningcorporaties hadden op meer financiële steun gerekend, maar die blijft uit.

Gemeenten worden opgeroepen om 50% van het tekort op bouwprojecten te financieren, vooral voor projecten met betaalbare huur- en koopwoningen. Veel gemeenten hebben echter al aangegeven dat zij dit financieel niet kunnen dragen. Dit zet de haalbaarheid van de plannen verder onder druk.

Regelgeving en rendement als bottleneck

Naast financiering zijn complexe regels een belemmering. Hoewel er plannen zijn om regelgeving te stroomlijnen, blijft onduidelijk of dat voldoende effect zal hebben. Veel bouwprojecten liggen stil vanwege lage rendementen. Projectontwikkelaars hebben al aangegeven dat de huidige betaalbaarheidseisen projecten financieel onhaalbaar maken.

Hoogleraar Peter Boelhouwer van de TU Delft bekritiseert in de Volkskrant de plannen scherp: “Het is vooral veel wishful thinking. Het verbaast mij dat zoveel partijen de verklaring nog hebben ondertekend”.

Hij wijst er verder op dat pensioenfondsen, belangrijke investeerders in woningbouw, de verklaring niet eens hebben ondertekend.

Een gemiste kans?

De woontop biedt weinig concrete oplossingen voor de woningnood. Cruciale problemen zoals financiering, rendement en regelgeving blijven grotendeels onaangeroerd. Hoewel enkele bouwlocaties en flexibele oplossingen worden genoemd, ontbreken structurele maatregelen om de ambitie van 800.000 woningen te halen.

Volgens Boelhouwer is de verklaring vooral symbolisch. Het echte werk – en de noodzakelijke oplossingen – blijven voorlopig uit.

Gunstig lijkt de erkenning dat de hele keten nodig is. In een Kamerbrief verklaart minister Mona Keijzer, “We hebben elkaar, als betrokken partners in de bouwketen, nodig om de afspraken te realiseren. We gaan daarom ook na deze top, met hetzelfde
commitment, met datzelfde gedeelde verantwoordelijkheidsgevoel en met
diezelfde mindset van mee durven instappen, los van de wal”.

Toch nog en kans op een succes?